Nijgh's Winterreis

Ter gelegenheid van Lennaert Nijgh Festival, januari 2013


Nijgh's Winterreis

Je naam klinkt als een zacht gebod:
vaar mee, drink door, laat gaan!
het uiterlijk van oude zot                         
kleefde je dankbaar aan

wat ik van jou te weten kwam
was alles wat je schreef
genoeg om in mijn hart te sluipen
te vermoeden wat je dreef

ik laaf me aan je levenswerk
het brouwsel van je taal
je liefde voor de oude stad
de tekst op het gemaal  

lest onvermoeibaar vele dorsten 
Joustra’s Weduwe gelijk, drukt 
dronken schippers aan haar borsten
troost binnen vaarbereik 

Spaarndam, schoot van het Spaarne
doel van menige winterreis
waar de Jonge Jacob oud werd
en de oude Lennaert grijs 

waar het IJ flirt met de Mooie Nel
en jouw woorden zijn verstomd 
blijft één zin zacht het water strelen
in mantrataal vermomd 

maar ‘t Spaarne sprankelt spraakloos voort
wordt winterwater - ijs 
er is geen gister, morgen, later
er is alleen een zware kater

* Der du so lustig rauschtest
  du heller, wilder Fluß
  wie still bist du geworden
  gibst keinen Scheidegruß

Zo waart en vaart je oude geest
voor altijd door jouw stad
of je vandaag nog bent geweest
en haar hebt liefgehad

zij mist je stil, taaltovenaar
dit Land van Dwaze Taal
de Spaarnestad staat in de kou
bestaat niet zonder jou

het Spaarne stroomt, het Spaarne troost
maar ‘t Spaarne gaat voorbij
waar zelfs jij ophield te bestaan 
onthoud ik jou van mij

 * Auf dem Flusse - Winterreise (Schubert)








Share by: